Veel minder vogels op het Nederlandse boerenland

Veel minder vogels op het boerenland: 'De natuur vertelt ons iets'.

Veel minder vogels op het Nederlandse boerenland: ‘De natuur vertelt ons iets’. Dat de populatie broedvogels sinds 1990 met 28 procent is gegroeid lijkt goed nieuws. Maar dat cijfer vertelt niet het hele verhaal. De stijging zit vooral bij moerasvogels. Maar soorten op de heide en het boerenland hebben het moeilijk.

Albert de Jong, woordvoerder bij Sovon Vogelonderzoek, heeft een dubbel gevoel bij het bericht van begin deze week. Want waar het in de moerasgebieden vaak goed gaat met vogels, daar gaan de aantallen broedvogels op de heide, in de duinen en in agrarisch gebied hard achteruit.

De 28 procent groei van de broedvogelpopulatie in grofweg dertig jaar geeft ook een wat vertekend beeld, zegt De Jong. Want in die populaties zitten ook soorten die Nederland nog maar net hebben ontdekt en nog maar met weinig zijn, zoals de zeearend en visarend of de steltkluut.

“Als je van tien naar twintig broedparen gaat, dan is dat een verdubbeling. Maar als tegelijkertijd een andere vogelsoort van twintigduizend naar tienduizend broedparen gaat, dan is dat procentueel tegen elkaar weg te strepen. Maar getalsmatig maakt dit natuurlijk wel een groot verschil”.

Een versnippering van natuurgebieden, een kunstmatig laag gehouden grondwaterstand, intensieve landbouw en te veel stikstof zijn de oorzaken. “De veldleeuwerik was voorheen de talrijkste vogel van Nederland. Maar die is enorm in aantal afgenomen. Op het boerenland zijn we miljoenen vogels kwijtgeraakt”, vertelt De Jong.

Op de heide wordt de tapuit hard getroffen. De duinpieper en het korhoen zijn al bijna helemaal verdwenen.

Lees het complete artikel op nu.nl

Previous Post
Next Post