
De otter, of rivierotter, is een lange, gestroomlijnde marterachtige met een brede, platte kop. De vacht is donkerbruin met een blekere buik en een vaak zilvergrijze keel.
De rivierotter heeft een lange staart, die dik is aan de basis en loopt tot in een punt. De poten hebben zwemvliezen.
Hij heeft kleine ogen en oren. De oren en neusgaten worden onder water gesloten. De snorharen zijn opvallend lang en wittig.
De rivierotter kan goed zwemmen, maar ook hard rennen. Het dier kan enkele minuten onder water blijven en tot 17 meter diep duiken. Onder water kan hij afstanden afleggen tot 400 meter.
Rivierotters zijn zeer speels en spelen vaak alleen of met elkaar in het water. Ze glijden vaak op hun buik over ijs, sneeuw of modder, of van een rivieroever af het water in.