De reuzenmiereneter vind je in verschillende habitats, waaronder grasland en regenwoud in midden en zuid amerika. Ze eten vooral mieren en termieten.
De reuzenmiereneter is ongeveer twee meter groot van zijn kop tot zijn staart. Hij heeft geen tanden, maar gebruikt zijn lange, dunne tong om mieren te vangen. Die tong kan wel 60 cm lang worden! De tong is bedekt met kleine stekels en hij is plakkerig, zodat de kleine insecten er aan blijven plakken.
Wanneer miereneters een mierenhoop vinden, vallen ze niet zomaar aan. Ze gaan juist heel zorgvuldig te werk. Ze vernietigen het nest niet, omdat ze het in de toekomst opnieuw willen bezoeken voor een maaltijd. Dat is slim!
Reuzenmiereneters kunnen wel 35.000 insecten per dag eten, zonder ook maar een keer gestoken te worden. Dat komt omdat ze heel snel eten. Zo krijgen insecten geen tijd om te steken of te bijten. De tong van een miereneter gaat met een reuzensnelheid heen en weer. Wel 150 tot 160 keer per minuut.
